[{"@context":"http:\/\/schema.org\/","@type":"BlogPosting","@id":"https:\/\/wiki.edu.vn\/nl\/wiki4\/2022\/03\/18\/georges-hulin-de-loo-wikipedia\/#BlogPosting","mainEntityOfPage":"https:\/\/wiki.edu.vn\/nl\/wiki4\/2022\/03\/18\/georges-hulin-de-loo-wikipedia\/","headline":"Georges Hulin de Loo – Wikipedia","name":"Georges Hulin de Loo – Wikipedia","description":"Georges Hulin de Loo (Gent, 10 december 1862 \u2013 Brussel, 27 december 1945) is een Belgische kunsthistoricus gespecialiseerd in de","datePublished":"2022-03-18","dateModified":"2022-03-18","author":{"@type":"Person","@id":"https:\/\/wiki.edu.vn\/nl\/wiki4\/author\/lordneo\/#Person","name":"lordneo","url":"https:\/\/wiki.edu.vn\/nl\/wiki4\/author\/lordneo\/","image":{"@type":"ImageObject","@id":"https:\/\/secure.gravatar.com\/avatar\/c9645c498c9701c88b89b8537773dd7c?s=96&d=mm&r=g","url":"https:\/\/secure.gravatar.com\/avatar\/c9645c498c9701c88b89b8537773dd7c?s=96&d=mm&r=g","height":96,"width":96}},"publisher":{"@type":"Organization","name":"Enzyklop\u00e4die","logo":{"@type":"ImageObject","@id":"https:\/\/wiki.edu.vn\/wiki4\/wp-content\/uploads\/2023\/08\/download.jpg","url":"https:\/\/wiki.edu.vn\/wiki4\/wp-content\/uploads\/2023\/08\/download.jpg","width":600,"height":60}},"image":{"@type":"ImageObject","@id":"https:\/\/nl.wikipedia.org\/wiki\/Special:CentralAutoLogin\/start?type=1x1","url":"https:\/\/nl.wikipedia.org\/wiki\/Special:CentralAutoLogin\/start?type=1x1","height":"1","width":"1"},"url":"https:\/\/wiki.edu.vn\/nl\/wiki4\/2022\/03\/18\/georges-hulin-de-loo-wikipedia\/","about":["Wiki"],"wordCount":2337,"articleBody":"Georges Hulin de Loo (Gent, 10 december 1862 \u2013 Brussel, 27 december 1945) is een Belgische kunsthistoricus gespecialiseerd in de Vlaamse schilderkunst van de late middeleeuwen en de vroege renaissance.Georges Charles Nicolas Marie Hulin de Loo was een telg uit een Waalse familie die zich in de 18e eeuw in Vlaanderen gevestigd had.[1] Zijn vader, Jules Hulin, en moeder, L\u00e9onie Marie Hulin kwamen allebei uit de welstellende Gentse burgerij en waren neef en nicht.[2] Zijn vader leefde van het verhuren, kopen en verkopen van grondeigendommen en een groot deel van het familiekapitaal werd ingebracht door zijn moeder.[3] Hij studeerde aan het Koninklijk Atheneum van Gent en begint in 1880 te studeren aan de faculteit Letteren en Wijsbegeerte aan de Universiteit Gent, toen nog een Franstalige instelling. In die tijd werd aan de faculteit nog filosofie, filologie en geschiedenis onderwezen, wat maakt dat de opleiding vrij algemeen was. Nadat hij in 1883 het doctoraat behaalde in de filosofie en literatuur, hij was toen pas 21 jaar oud, vatte hij de rechtenstudie aan en werd doctor in de rechten in 1886, hij is dan Doctor in de Rechten en de Letteren en Wijsbegeerte.[4]Na zijn studies in Gent bereisde hij Europa en studeerde nog aan de K\u00f6niglichen Friedrich Wilhelms Universit\u00e4t van Berlijn (1887 en 1888), Straatsburg (1887 en 1888). In 1888 neemt hij deel aan een wedstrijd voor een reisbeurs en wordt laureaat, met zijn beurs gaat hij naar Frankrijk om te studeren aan het Coll\u00e8ge de France, de \u00c9cole des Hautes-\u00c9tudes en de \u00c9cole libre des Sciences Politiques in Parijs.[5]Op 30 oktober 1889 wordt hij benoemd tot buitengewoon hoogleraar aan de universiteit van Gent in de faculteit van de filosofie en letteren en geeft de cursussen in logica en psychologie aan de Letteren en Wijsbegeerte faculteit. Het jaar daarop doceert hij een cursus natuurrecht en praktijkoefeningen in de filosofie in plaats van de cursus psychologie. In 1892 wordt George Hulin benoemd tot gewoon hoogleraar en doceert logica, moraalfilosofie en recht, zijn belangstelling ligt blijkbaar elders want hij heeft over deze domeinen nooit gepubliceerd. In 1893 wordt hij samen met Henri Pirenne aangesteld voor de cursussen economiegeschiedenis waarvan hij zich met de agrarische geschiedenis zal bezighouden.[6] Vanaf 1900 zal hij zich voornamelijk toeleggen op de studie van de oud-Vlaamse schilderkunst, voornamelijk van de 14e eeuw tot de zestiende. In 1893 wordt hij opgenomen in de kring van historici bij de Maatschappij voor Geschied- en Oudheidkunde te Gent (Soci\u00e9t\u00e9 d’histoire et d’arch\u00e9ologie de Gand). Ook dit toont aan dat hij zichzelf steeds meer als historicus gaat zien. In 1929 wordt hij doctor honoris causa aan de universiteit van Utrecht.Bij het begin van de Eerste Wereldoorlog werd Hulin de Loo aangesteld als burgemeester van het landelijke dorp Lotenhulle.In 1930 bij de vernederlandsing van de Gentse universiteit weigert Hulin de Loo zijn lessen in het Nederlands te geven dat hij nochtans perfect sprak. Na conflicten met de studenten en met de leiding van de universiteit geeft hij zijn hoogleraarsstoel op in 1932. Hij bleef lesgeven, in het Frans dan, aan de \u00c9cole des Hautes \u00c9tudes de Gand en aan het Institut sup\u00e9rieur d’Histoire de l’Art et d’Arch\u00e9ologie in Brussel.[6] Hij overleed in 1945 op 83-jarige leeftijd bij een verkeersongeval in Brussel, waar hij overreden werd door een voertuig van de geallieerden.Vanaf 1897 is Georges Hulin lid van de Gentse vereniging de Vrienden van het Museum. De vereniging werd opgericht door Ferdinand Scribe en had zich tot doel gesteld de collectie oude kunst van het Museum voor Schone Kunsten van Gent (MSKG) uit te breiden. Als kenner van oude kunst speelde Hulin de Loo hierbij een belangrijke rol in het opsporen van interessante stukken. Vaak kocht hij werken met eigen middelen omdat hij wist dat een snelle beslissing noodzakelijk was, en verkocht de werken dan later door aan het museum.Het is al vanaf 1889 dat Hulin zijn eigen collectie opbouwde maar met de Vrienden van het museum gaat deze bezigheid aan belang winnen en het verzamelen leidt tot het bestuderen van oude kunst. De expertises die hij uitvoert voor zichzelf, voor kunsthandelaren, particulieren en musea ondersteunen zijn kunsthistorische studie. Dankzij deze activiteit krijgt hij vele werken te zien en bouwt hij een verzameling van foto’s van kunstwerken op. Hulin bestudeert de archieven om informatie over schilders en hun werken te verzamelen en tracht deze informatie te betrekken op bestaande werken, maar daarnaast baseert hij zich ook op zijn uitgebreide kennis als connaisseur om ook de stijlkenmerken in zijn analyse te betrekken. Hulin reist tot drie maanden per jaar om kunst te gaan bekijken. Als het Belgisch onderwijs in de kunstgeschiedenis gereglementeerd wordt in 1903, wordt George Hulin de Loo aangesteld als professor aan het Institut sup\u00e9rieur d’Histoire de l’Art et d’Arch\u00e9ologie in Brussel. In Gent startte het eerste academiejaar in 1920 waar Hulin de geschiedenis van de schilderkunst behandeld,, maar vanaf 1908 kan hij al een facultatieve cursus ‘Geschiedenis van de Vlaamse schilderkunst’ geven.[6]In 1902 wordt in Brugge een grote tentoonstelling georganiseerd over de Vlaamse Primitieven onder leiding van Kervyn de Lettenhove. George Hulin de Loo is zeer actief betrokken bij het verzamelen van werken voor deze tentoonstelling, hij gaat onder meer naar Londen en naar Oostenrijk om daar organisaties op te zetten om werken te verzamelen voor de tentoonstelling. Hulin de Loo is op dat moment nog vrij onbekend, maar tijdens de tentoonstelling publiceert hij een kritische catalogus omdat hij het niet eens was met de offici\u00eble catalogus die was opgesteld door James Weale, die rekening had gehouden met de toeschrijvingen van de verzamelaars die dikwijls een loopje namen met de realiteit. In zijn catalogus probeert hij via stijlanalyse en archiefonderzoek anonieme schilders te identificeren en hun oeuvre te bepalen en schroeft een aantal van de toeschrijvingen aan bekende kunstenaars terug naar ‘anoniem’ of ‘school van …’, tot groot ongenoegen van de betrokken verzamelaars. Een groot aantal van de gedrukte catalogi werd door de verzamelaars opgekocht en vernietigd om zo de verspreiding te belemmeren.[7]Na de tentoonstelling in Brugge waar Hulin zijn faam vestigt, werkt hij mee aan de tentoonstelling Het Gulden Vlies in 1907 in Brugge en in 1910 aan de tentoonstelling L’Art Belge au XVIIe si\u00e8cle in Brussel. Georges Hulin de Loo lag mee aan de basis van de kennis van de Vlaamse kunst uit de late middeleeuwen en de zestiende eeuw.Belgische orden[bewerken | brontekst bewerken]Groot-officier van de LeopoldsordeGroot-officier van de KroonordeBuitenlandse orden[bewerken | brontekst bewerken]Commandeur van het British EmpireCommandeur van het Legioen van Eer, FrankrijkOffizier van de Orde Frans-Jozef van OostenrijkRidder van 1e klas, met kroon, van de Orde van Albert de Dappere, AnhaltPublicaties[bewerken | brontekst bewerken]Niet alle werken zijn in deze lijst opgenomen, de titels en uitgevers zijn in de oorspronkelijke taal behouden.1899 – La r\u00e9forme de l’enseignement sup\u00e9rieur et les sciences sociales en collaboration avec Ernest Mahaim. Li\u00e8ge , H. Vaillant-Carmanne1890 – La superficie des propri\u00e9t\u00e9s bois\u00e9s de l’abbaye de ST.-Germain-des-Pr\u00e9s d’apr\u00e8s le Polyptique d’Irmion. Note pr\u00e9sent\u00e9e par M. Lavasseur \u00e0 l’Acad\u00e9mie des Inscriptions et Belles Lettres de France, dans la s\u00e9ance du 2 d\u00e9cembre 1890.1900 – Une note relative au peintre Juste de Gand: Joos van Wassenhove, Bulletin de la Soci\u00e9t\u00e9 d’histoire et d’arch\u00e9ologie de Gand, 18 f\u00e9vrier 1900.1902 – Bruges 1902, Exposition de tableaux flamands des XIVe, XVe et XVIe. Catalogue critique, Gand, A. Siffer1902 – De l’identit\u00e9 de certains ma\u00eetres anonymes, Gand, A. Siffer, 57 pages[8]1902 – Quelques peintres brugeois de la premi\u00e8re moiti\u00e9 du XVI si\u00e8cle, Jan Provoost Gand, Ad. Hoste 40 pp.1902 – L’atelier de Hubrecht van Eyck et les Heures de Turin. Communication orale faite \u00e0 la s\u00e9ance du 16 novembre 1902 \u00e0 Bruxelles, de la Soci\u00e9t\u00e9 pour le progr\u00e8s des \u00e9tudes philologiques et historiques. R\u00e9sum\u00e9 dans le Bulletin de cette soci\u00e9t\u00e9.1903 – Les tr\u00e8s riches Heures de Jean de France duc de Berry, par Pol de Limbourc et ses fr\u00e8res, Bulletin de la Soci\u00e9t\u00e9 d’histoire et d’arch\u00e9ologie de Gand, 26 pp.1903 – Le portrait d’Isabeau de Portugal au Louvre, Bulletin de la Soci\u00e9t\u00e9 d’histoire et d’arch\u00e9ologie de Gand.1904 – L’Exposition des primitifs fran\u00e7ais au point de vue de l’influence des fr\u00e8res van Eyck sur la peinture fran\u00e7aise et proven\u00e7ale, Bruxelles, G. Van Oest & Cie. et Paris, H. Floury, 52 pp.1907 – Peter Bruegel l’Ancien, son \u0153uvre et son temps: \u00e9tude historique, suivie des catalogues raisonn\u00e9s de son \u0153uvre dessin\u00e9 et grav\u00e9, met Ren\u00e9 van Bastelaer, \u00c9diteur G. Van Oest & Cie.1908 – La Bible de Philippe le Hardi, histori\u00e9 par les fr\u00e8res de Limbourc, manuscrit fran\u00e7ais n\u00b0166 de la Biblioth\u00e8que nationale \u00e0 Paris, Bulletin de la Soci\u00e9t\u00e9 d’histoire et d’arch\u00e9ologie de Gand,1911 – Heures de Milan, troisi\u00e8me partie des Tr\u00e8s-Belles Heures de Notre-Dame enlumin\u00e9es par les peintres de Jean de France, duc de Berry, et par ceux du duc Guillaume de Bavi\u00e8re, comte de Hainaut et de Hollande; vingt-huit feuillets histori\u00e9s reproduits d’apr\u00e8s les originaux de la Biblioteca Trivulziana \u00e0 Milan, avec une Introduction historique par Georges H. de Loo. Bruxelles, G. van Oest & cie.1911 – Sur la date de quelques \u0153uvres du Ma\u00eetre de Fl\u00e9malle. R\u00e9sum\u00e9 d’une communication orale, dans le Bulletin de l’Acad\u00e9mie royale d’arch\u00e9ologie de Belgique.1919 – Des compensations \u00e0 r\u00e9clamer pour les dommages artistiques, imprimerie de Hayez.1922 – De quelques causes de laideur dans la ville moderne. Discours prononc\u00e9 le 8 d\u00e9cembre 1921, Hayez imprimeur.1931 – M\u00e9langes Hulin de Loo, Librairie nationale d’art et d’histoire.Externe link[bewerken | brontekst bewerken]BronnenKorneel Dobbelaere, Georges Hulin de Loo (1862 \u2013 1945). Een biografische schets, Masterscriptie – Promotors: Dr. Hans Vandevoorde en Dr. Christophe Verbruggen, 2009, GentReferenties\u2191 Korneel Dobbelaere, Georges Hulin de Loo (1862 \u2013 1945). Een biografische schets, Masterscriptie – Promotors: Dr. Hans Vandevoorde en Dr. Christophe Verbruggen, 2009, GentReferenties, p.20.\u2191 Korneel Dobbelaere, 2009, p.21\u2191 Korneel Dobbelaere, 2009, p.22\u2191 Korneel Dobbelaere, 2009, pp.26-28\u2191 Korneel Dobbelaere, 2009, pp.29-31\u2191 a b c Petra Gunst, Hulin de Loo Georges\u2191 Korneel Dobbelaere, 2009, pp.58-61\u2191 Met opstellen over onder meer Albrecht Bouts, De meester van de Hemelvaart, Joos van Cleve, Ambrosius Benson, Jan van Eeckele, Jaques Daret, de meester van Flemalle."},{"@context":"http:\/\/schema.org\/","@type":"BreadcrumbList","itemListElement":[{"@type":"ListItem","position":1,"item":{"@id":"https:\/\/wiki.edu.vn\/nl\/wiki4\/#breadcrumbitem","name":"Enzyklop\u00e4die"}},{"@type":"ListItem","position":2,"item":{"@id":"https:\/\/wiki.edu.vn\/nl\/wiki4\/2022\/03\/18\/georges-hulin-de-loo-wikipedia\/#breadcrumbitem","name":"Georges Hulin de Loo – Wikipedia"}}]}]